Geduld is een schone deugd…

… maar dat mag je overduidelijk niet verwachten bij een vierjarige.

En al zeker niet als je kleine broertje van twee jaar en een klets je de korte blonde haren uit het hoofd zou doen trekken met zijn standaardvraag dezer dagen: “waajomwaarom*?”

De grote mensen maken er intussen weer een sport van om daar de onnozelste antwoorden bij te verzinnen (“waajom waarom ma’k geen ijsje?” – “omdat het crisis is jongen, en mocht dat op te lossen zijn met ijsjes, je moeder hier al gauw een voltijdse job van zou maken” of “Fries, dat is nu jouw grote kamer, daar mag jij straks in slapen” – “Waajom?Waarom” – Omdat je voetjes anders in die spijltjes van je babybed zullen groeien en dat het zo moeilijk wandelen is naar school, zo met spijltjes rond je voeten”).

De grote broer krijgt het op zijn heupen, op zijn darmen, op zijn hele gestel van die hele waarom-fase en mag zich intussen ervaren oogroller noemen. Eén keer wil hij zo’n vraag beantwoorden, de tweede keer is hij al wat korter van stof en de derde keer hoor je: “Ma Fries, seg, ik heb het al twéééééé (zwaait met ongeveer alle vingers om de buitensporigheid van dit aantal te benadrukken) keer gezegd! Goooh…”

Wijsneus zijn is geestig, maar niet als je jongere broer de hele tijd domme baby-vragen stelt…

*’t is niet omdat de moeder nog altijd niet deftig de ‘r’ kan uitspreken, dat de jongste zoon het niet zou kunnen. Vanavond getest en djie keej kon hij het zeggen.

Advertentie

Benne supernanny

Wij krijgen hier hulp bij het opvoeden van onze jongste, van de enige echte mannelijke supernanny Benne. Voorbeeld?

“Fries, je moet nu gaan zitten. Allez, ik tel tot drie! Eén, twee, drie, hop, zitten!” (en dat moet u er de gestes maar bijdenken, zo ostentatief zijn één, twee, drie vingers in de lucht steken).

“Fries, nee, dat mag niet. Allez hop, ga maar in de hoek staan. Stoute Fries” (en dan duwt hij lichtjes op Fries zijn poep om hem richting hoek te duwen).

“Fries, néééén, dat moet je zo niet doen. *zucht* Friesje toch, wacht, Benne zal het eens doen hé” (en dan haalt hij zijn schouders op en vraagt zich af of hij nu echt de enige is die die kleine gaat opvoeden).

“Ma Fries toch, da mag niet hé, met je lepel gooien. Ben je boos?” (en dan kijkt hij zo dicht en zo diep in Fries zijn ogen, alsof het antwoord daar te vinden is en moet hij zich vervolgens heel erg haasten om die mep van Fries te ontwijken).

Wij zijn content, zo met onze nannywijsneus-van-drie-jaar, en foto’s trekken kan hij ook al: