Elementaire beleefdheid… voor jezelf

De oudste zoon heeft hier nogal de neiging om in termen van willen en moeten te communiceren. Meneer wil een boterham, meneer wil een tas melk, meneer wil naar buiten, meneer moet iets hebben. Hij zou ondertussen wel mogen weten dat zijn ouders daar behoorlijk doof voor zijn, tenzij hij het ‘mooi’ vraagt, zoals wij hem hier dan uitnodigen om het eens beleefd te formuleren. Samen met de evolutie van zijn taalgebruik ging dat dan als volgt:

“Ma’k noepje abliebt?”

“Mahhuk(*) een snoepje asjebliebt?” (*dat West-Vlaams is gewoon aangeboren)

“Mag ik een snoepje asjeblieft?”

Dat zit dus wel snor, die vragende vorm.

Een tweede ding is het dankuwel zeggen, maar daar hebben beide zonen eigenlijk nooit een probleem mee gehad. Wel was er de nodige verwarring bij het geven van iets (“asjeblief Benne, asjeblief Fries”), wat zij dan moesten beantwoorden met een dankjewel. Heel vaak ging het zo:

“Asjeblief Benne, je tas melk.”

“Asjeblief mamaaaa!”

Nu ze weten dat het codewoord ‘danku’ is als je iets hebt gekregen beginnen ze zichzelf te bedanken. Na het zelf smeren van een botherham bijvoorbeeld zegt Benne:

“Danku voor mezelf, Benneeuh!”

Welja zoon, als moeder wil ik je ook oprecht bedanken voor jezelf, ’t is fijn met zo’n kereltje als jij 🙂

4 gedachtes over “Elementaire beleefdheid… voor jezelf

Plaats een reactie