Uit het oog, uit het hart, zo redeneert die oudste zoon van me. Als je hem op maandagmorgen vraagt of hij blij zal zijn om zijn liefje A. terug te zien, na twee weken vakantie, antwoordt hij doodgemoedereerd: “Nee”.
Omdat meneer intussen al geleerd heeft dat een frons bij de moeder teken is dat verdere uitleg wel gepast zou zijn vertelt hij dat hij wat boos is op A. [frons 2]. Boos omdat hij ze zolang niet heeft gezien, en dat ze nu toch wel geen vriendjes meer kunnen zijn [frons 3]. En dat hij dan maar een ander vriendinnetje gaat zoeken.
Waarop de moeder begint met een omstandige uitleg over het belang van vriendjes blijven, van elkaar graag terug zien, van trouw zijn aan elkaar, van continuïteit in een relatie, ook al is die gebaseerd op een kinderlijk leuk vinden. En dit allemaal in kleutertaal, maar het moet gezegd: het heeft effect gehad.
Zo boos als hij was op zijn A. toen hij naar school vertrok, zo dik was de liefde weer toen hij terugkwam. A., zijn A., ze was er nog steeds. En ze had hem gezien (herkend) in school! En alles was weer als vanouds.
Nu toch eens proberen om me populair te maken bij die moeder zodat kleine A. en Benne, met misschien wel C. (zijn vriendinnetje als A. het niet ziet) de volgende vakantie niet meer zo’n lange tijd en zo’n lange afstand (toch wel acht kilometer, zeg) van elkaar moeten gescheiden zijn.
En over de liefjes van Fries valt enkel te zeggen dat meneer meisjes behoorlijk stom vindt en dus volledig voor de jongens gaat. Maar dan wel met diezelfde jongens hele dagen in de poppenhoek van papa en papa speelt, als we hem mogen geloven. Dit wordt spannend naar de toekomst toe 🙂
🙂 Ik heb er hier ook enen die met zijn beste vriend wil trouwen …. Maar hij eet wel van twee walletjes, want hij heeft ook een vriendinnetje…
Stellen we Fries anders eens voor aan ons Henriëtte, die speelt nl. ook heel graag met de poppen van zijn zus ;p
Ik stel het voor aan Friesette. Spreken we af dat ze elkaar herkennen aan hun roze tutu?
én een koddeke in hun haar hé!